VNG propositie ‘Samen cultuur borgen’
Gemeenten zetten met de 'Propositie Samen cultuur borgen' koers naar het nieuwe cultuurbestel. Het uitgangspunt van deze propositie is om cultuur voor alle inwoners toegankelijk, bereikbaar en aantrekkelijk te houden.In maart 2023 kondigde het demissionair kabinet de vernieuwingsagenda cultuurbestel 2029 aan en vroeg hierover advies aan de Raad voor Cultuur die inmiddels hun advies ‘Toegang tot cultuur; op weg naar een nieuw bestel in 2029’ hebben gepresenteerd. Vanuit de 'Verenigingsvisie 2030 - een stap naar voren' was dit hét moment voor de VNG om hierop te anticiperen. In de propositie ‘Samen cultuur borgen’ vertaalt de VNG het geluid van het gros van gemeenten dat het belang van cultuurparticipatie en de toegang tot cultuur van alle inwoners in Nederland onderschrijft. Cultuur Oost maakte een korte samenvatting.
Cultuur voor alle inwoners toegankelijk, bereikbaar en aantrekkelijk houden, dat is het uitgangspunt van de propositie. Er is behoefte aan een bestel dat inspeelt op het brede cultuurbegrip en recht doet aan de diversiteit van organisatie en uitingsvormen.
Concreet stelt de VNG voor om meer gezamenlijke verantwoordelijkheid tussen overheidslagen voor de totale cultuurborging op zich te nemen, zeker als het gaat om de laagdrempelige cultuurbeoefening. De waarde van cultuur moet worden verbonden met een goede lokale basis voor laagdrempelige cultuurbeoefening, met serieuze waardering voor cultuurprofessionals en een meer evenwichtige landelijke spreiding.
Tien vertrekpunten
Naar aanleiding van de voorbereidende bestuurlijke gesprekken zijn 10 vertrekpunten geformuleerd voor de propositie:
- Cultuur is fundament voor de samenleving
- Cultuur is een publiek goed dat vraag om structurele publieke investeringen
- In het cultuurbeleid is samenhang cruciaal
- Zonder basis geen top en vice versa
- Vernieuwing blijft nodig
- Cultuurregio’s zijn van meerwaarde als ze niet zijn opgelegd.
- Een vastgestelde (wettelijke) basis voor cultuur en structurele publieke investeringen verdient een stevige cultuursector.
- Gemeenten zijn als eerste overheid de belangrijkste cultuurfinancier
- Het streven is dat elke gemeente vanaf 2029 een voorziening voor cultuureducatie en -participatie kent, nauw verweven met onderwijs en maatschappelijke partners
- Gemeenten staan voor goed opdrachtgeverschap, voor vanzelfsprekende onderlinge samenwerking en voor duidelijke, vanuit visie gedragen keuzes. Het rijk biedt, in overleg, de wettelijke en financiële randvoorwaarden.
Vier pijlers
Vervolgens is de propositie langs vier pijlers opgebouwd. Per pijler wordt beschreven wat men wil bereiken, wat gemeenten kunnen doen en wat hiervoor nodig is. In deze samenvatting beperken wij ons tot wat gemeenten kunnen doen.
CULTUURWAARDE beschrijft de variëteit aan waarden van cultuur voor inwoners en samenleving. Kern van deze pijler is dat die waarden om structurele borging vragen, met hierbij een rol van zowel gemeenten als rijk en provincies en andere partners. Niet voor niets is het ook opgenomen in de Grondwet als onderdeel van de brede volksgezondheid waarvoor de overheid de juiste voorwaarden moet scheppen. (Dubbele waarden; Een publieke verantwoordelijkheid; Gezien worden)
Wat kunnen gemeenten doen:
- Opstellen langjarige cultuurvisie met aandacht voor verbinding met andere domeinen
- Benutten van bestaande regelingen voor inzet van intermediairs op de verbinding cultuur met positieve gezondheid
- Culturele voorzieningen opnemen als onmisbare onderdeel van de fysieke leefomgeving
- In opdrachtverlening naar zorg- en welzijnspartijen aandacht voor de maatschappelijke waarde van cultuur in hun zorg en welzijnsopgaven.
CULTUURSTIMULERING beschrijft hoe we het cultureel vermogen in de samenleving kunnen stimuleren. Dat vraagt bijvoorbeeld in elke gemeente laagdrempelige cultuurcentra, alsook een goede verbinding met het onderwijs. (Eerlijke beloning cultuurprofessionals; Kerncurriculum op school; Lands dekkende lokale en regionale voorzieningen)
Wat kunnen gemeenten doen:
- Langjarig bestuurlijk kader voor afspraken met culturele instellingen
- Cultuureducatie en -participatie incl. Amateurkunst en erfgoedparticipatie als vast onderdeel van gemeentelijk meerjarige cultuurvisie. Incl. Combinatie van cultuur beoefening en -aanbod met andere en vrijetijdsbesteding zoals sport draagt hieraan bij
- Betaalbare en herkenbare plekken in gemeenten om cultuur en erfgoed te beoefenen, te maken en te presenteren (in het bijzonder creatieve broedplaatsen, (pop)podia, kleine lokale musea en amateurkunstbeoefening in groepsverband
- Flankerend beleid om vrijwilligersorganisaties te ondersteunen en/of faciliteren.
CULTUURSPREIDING gaat in op het noodzakelijk evenwicht van cultuurvoorzieningen tussen dorpen, steden en regio’s, met aandacht voor ieders eigenheid. Het gesprek hierover zal, met provincie en rijk, regionaal gevoerd moeten worden zonder dat we toe willen naar vastomlijnde, van boven opgelegde cultuurregio’s. (Regionale eigenheid vanuit een helder kader; Organische cultuurregio’s)
Wat kunnen gemeenten doen:
- Actieve regionale samenwerking, tussen gemeenten en provincie en andere maatschappelijke partners over regionale culturele voorzieningen
- Cruciale factoren toepassen zoals goede bestuurlijke samenwerking op basis van gezamenlijke doelen, gezamenlijk opdrachtgeverschap, kennisdeling en uitgaan van vertrouwen
CULTUURFINANCIERING tot slot beschrijft de noodzaak van een geheel andere financieringswijze: Niet incidenteel gericht op concurrentie en lobby, maar vanuit samenwerking. (Krimpend budget; Naar een andere financieringswijze)
Wat kunnen gemeenten doen:
- Meerjarig financieel kader voor lokale basisvoorzieningen, incl. verduurzamingsopgave voor huisvesting.
- Regelmatige en realistische indexering van subsidies
- Cultuur en cultuur professionals waar gepast inzetten voor opgaven rondom veiligheid, zorg en ruimtelijke inrichtingen vanuit dit budget ook volgens tarieven richtlijn betalen.
Lees hier de gehele propositie
Vragen? Neem contact op met een van de regiocoördinatoren Saliha Abba, Liza Westendorp of Caroline Wendel.